Column over profiel van A&O psycholoog
Profileren met een doel
Profileren is laten zien wie je bent en waar je voor staat: smoel tonen. Ik denk dat A&O-psychologie maatschappelijk veel te bieden heeft. Ik zou het dan ook toejuichen als psychologen veel meer dan nu aan de weg timmeren, gevraagd en ongevraagd commentaar leveren op een diversiteit aan relevante onderwerpen. Waarom zou dat mooi en nuttig zijn? Als het alleen gaat om het verkrijgen van werk, dan vind ik dat je voorbij gaat aan het wezen van ons professioneel handelen. Als het gaat om een essentiële bijdrage aan bedrijfsmatig denken en maatschappelijke problemen, dan is de tijd rijp.
A&O-psychologen zijn op verschillende werkterreinen te vinden. Het is dus lastig om een gemene deler te vinden die geschikt is om te ‘profileren’. We zijn te zien in de rol van coach, consultant, trainer of onderzoeker. We zijn aan het werk met een individu, een groep of een organisatie. We zijn bovendien niet de enigen die dat doen: er zijn diverse professionals met een andere opleidingsachtergrond die dezelfde rollen vervullen. De vraag naar het ‘profiel’ heeft daarom te maken met de volgende onderscheidende vraag: waarom zou men juist een A&O’er willen hebben voor het oplossen van problemen? Het antwoord daarop ligt inhet reflectief vermogen van psychologen en de waarde daarvan in veranderingsprocessen.
Een psycholoog is bij voorkeur van begin tot eind bij een probleem betrokken: van analyse tot begeleiding van het veranderingsproces. We weten uit ervaring dat de laatste fase het lastigst is: het werkelijk realiseren van verandering of groei. Het is de fase waarin bestaande patronen moeten verdwijnen om plaats te maken voor iets nieuws. Patronen bieden ons houvast: we zullen ze dus niet zomaar loslaten.
Het succes van een veranderingsproces valt of staat bij bewustwording van persoonlijke motieven, belangen, zorgen en verlangens, zodat opnieuw keuzes kunnen worden gemaakt. Argyris gebruikt hiervoor het begrip ‘double loop learning.’ Double loop learning is niet alleen van toepassing op een individueel groeiproces, maar ook op teamproblemen of bij cultuurontwikkeling binnen een organisatie. Het vereist een proces van brede, persoonlijke reflectie.
Het begrip ‘reflectief vermogen’ hoort wat mij betreft als vanzelfsprekend bij de psycholoog. Het kan psychologen onderscheiden van andere professionals. Zelfreflectie van een professional is noodzakelijk om de grenzen van eigen kennis en kunde te verkennen, om gevoelens en gedachten te begrijpen, en om persoonlijke ontwikkeling te kunnen realiseren. Het eigen reflectief vermogen is ook nodig om een ánder te kunnen ‘verleiden’ tot reflectie. Je kunt iemand alleen die dingen leren die je zelf ook beheerst. Op een meer onbewust niveau in de interactie is reflectief vermogen belangrijk omwille van de voorbeeldfunctie:een procesbegeleider functioneert altijd als rolmodel. In theoretische concepten over ‘succesfactoren bij verandering’ wordt het belang van zo’n voorbeeldfunctie benadrukt.
Je zou de vraag kunnen stellen of het begrip ‘reflectie’ zich wel voor profilering leent. Op het eerste gezicht niet. Ik kan er geen reclameslogan voor bedenken. Het is een zacht en weinig concreet begrip dat gemakkelijk lek kan worden geschoten. Wat kan onze beroepsgroep daar dan mee? Mijn antwoord zou zijn: het eigen reflectief vermogen aanwenden, anderen het effect laten ervaren en (voortbordurend op Argyris) het theoretisch kader eromheen verder ontwikkelen. Er zijn twee invalshoeken mogelijk.
In organisatorisch opzicht gaat het om toepassen van reflectie als houding, en het begrip uitwerken als methodiek of model. Reflectie gaat dan veel verder dan een organisatieanalyse of bezinning op een situatie. Het raakt aan de drijfveren van mensen en zorgt ervoor dat belangrijke motieven helder worden. Als ik de discussies lees over beloning van topmanagers dan vraag ik mij af wat de werkelijke motieven zijn. Het argument dat de salarissen internationaal bezien rechtvaardig zijn, is wat mij betreft inhoudsloos en maakt discussie bijna onmogelijk. Interessant zou zijn om te begrijpen hoe die topmanagers in hun organisatie staan, hoe zij naar hun medewerkers kijken en hoe zij de onderlinge verhoudingen inschatten. Dat besef zou mogelijk kunnen leiden tot het maken van andere keuzes.
In maatschappelijk opzicht kunnen psychologen van waarde zijn door gevraagd en ongevraagd vragen te stellen die tot reflectie en bespiegeling dwingen. Het uiteindelijk doel ervan zou moeten zijn dat in maatschappelijke discussies waarden en normen als vanzelfsprekend onderwerp van gesprek worden.
Ik heb onlangs een interessant boek gelezen, Waardenvolle of waardenloze samenleving? Daarin zit een bijdrage van René Diekstra, onder meer over vier centrale waarden van de samenleving: rechtvaardigheid, weldadigheid, menselijke waardigheid en vrijheid. Ik denk dat psychologen een belangrijke rol kunnen spelen in het voeden en stimuleren van een waardenvolle samenleving. Vanuit dat perspectief wens ik een zichtbare, zich profilerende beroepsgroep die bijdraagt aan zinvolle reflectie op ons dagelijks bestaan.
Sandra Rethmeier
Gepubliceerd oktober 2005, A&O items.